Inversie Bewind in de Tweede Kamer
21 maart 2024 mocht ik deelnemen aan het rondetafelgesprek over bewind n.a.v. de initiatiefnota van Hülya Kat.
“Meer tijd, aandacht en bescherming bij bewind”
Hopelijk draagt mijn inbreng bij aan een betere positie voor de personen onder bewind.
Hieronder een overzicht van mijn inbreng richting leden van de Tweede Kamer, met als thema “passende hulp voorop”.
Spreekmoment “Rondetafelgesprek Bewind”
Zie ook mijn position paper
Postition Paper – Rondetafelgesprek commissie SZW Tweede Kamer
Link naar het volledige rondetafelgesprek
Klik op onderstaande link voor het volledige rondetafelgesprek “bewind” – commissie SZW Tweede Kamer
Mijn inspreekmoment liever lezen, dat kan ook!
Ik ben Nelis van Steenoven, zelfstandig bewindvoerder voor 41 personen en gevestigd in Zwolle. Mijn doel als bewindvoerder is mensen in een financieel kwetsbare positie naar vermogen mee laten doen in een inclusieve samenleving.
Op het moment dat er werd gesproken over malafide bewindvoerders klom ik vaak in de pen, ik voelde mij persoonlijk geraakt.
Op het moment dat er nu wordt gesproken over malafide bewindvoerders ben ik opgelucht dat er aandacht is voor de groep mensen die om hulp hebben gevraagd, maar verder in de problemen zijn gekomen door een bewindvoerder. \
Lang ging ik ervan uit dat iedereen de morele ambitie had om kwetsbare mensen te helpen.
Totdat ik in aanraking kwam met mensen waarbij de voormalige bewindvoerder de persoon onder bewind aantoonbaar had gedupeerd. Niet altijd ter kwade trouw, maar de persoon die om hulp vroeg, zat nog dieper in de problemen.
Bij nader onderzoek bleek bijvoorbeeld dat de bewindvoerder in drie jaar tijd nooit verantwoording had afgelegd aan de rechtbank, de bewindvoerder geen bijzondere bijstand had aangevraagd, terwijl deze persoon op het sociaal minimum leefde.
Dat er hulp bij schulden werd beloofd, maar er na drie jaar nog geen toeleiding naar de schuldhulp had plaatsgevonden, de persoon onder bewind in de veronderstelling was dat het traject al bijna in een afrondende fase zat. Deze persoon betaalde al jarenlang het hogere schuldentarief. Er was nooit inzage en als er al inzage was, waren de gegevens verouderd.
De familie die een halfjaar lang geen leefgeld kreeg, maar wel oneervolle voorstellen kreeg om het inkomen te verhogen, de bewindvoerder wel maandenlang de verkeerde energieleverancier betaalde en dit pas duidelijk werd op moment dat de netbeheerder op de stoep stond.
Om het gezin af te sluiten van energie. Op dat moment was de bewindvoerder niet te bereiken.
De bewindvoerder die zijn ‘dossiers’, de mensen onder bewind, probeerde te verkopen, zonder daar de persoon onder bewind over in te lichten.
Ik heb te vaak als bewindvoerder moeten meedelen dat de persoon onder bewind niet juist is geholpen door de voormalige bewindvoerder. Dat de bewindvoerder zich had onttrokken uit het toezicht, dat de toezichthoudende kantonrechter dit te laat door had en dat er schade is geleden in de vermogensrechtelijke positie van de persoon onder bewind. Terwijl deze mensen hun hele hebben en houwen in de handen gaven van een bewindvoerder.
In mijn paper pleit ik daarom voor meer regie bij de overheid, zodat de mens weer centraal staat. Een overheid die als kritische partner naast de persoon onder bewind staat en verantwoordelijk is voor het faciliteren van passende hulp. Een overheid die de positie van de persoon onder bewind beschermt, zodat je niet meer gediscrimineerd zal worden bij het vinden van een woning en je niet verhandeld wordt als investering. Een overheid die bewindvoerders in staat stelt om maatschappelijke impact te maken.
Het leed dat ik aantrof bij deze mensen is zo groot geweest, dat ik niet meer wil horen dat het om incidenten gaat.
Een overheid die als kritische partner naast de persoon onder bewind had gestaan had eerder genoemd leed kunnen voorkomen, ga daarom aan de slag met de voorgestelde wijzigingen.
De noodzaak is er.